Marlies Allewijn (38) liep al langere tijd rond met het idee een boek te schrijven over twee meisjes die leefden in verschillende tijden en onder andere omstandigheden. Toen ze een artikel las over ‘De slag om de Schelde’ wist ze gelijk dat haar tweede boek daarover zou gaan. “Ik ben altijd al geïnteresseerd geweest in de oorlog, maar over de gebeurtenissen in Zeeland in 1944 had ik nog nooit gehoord.”
Het is wel duidelijk dat Marlies met haar boek meer wil vertellen over de oorlog in Zeeland, maar dat is niet het enige. Ze laat met het verhaal van Ize ook het verschil zien tussen Amsterdam en Zeeland.
De 16-jarige Ize zit niet te wachten op een vakantie in Zeeland bij haar oma. Dit verandert helemaal als de ras Amsterdamse een foto vindt van een meisje dat erg veel op haar oma lijkt. Oma zegt het meisje niet te zijn en ook niet te willen weten wie het meisje op de foto is. Izes nieuwsgierigheid is daarmee gewekt en zo begint haar zoektocht. Het meisje op de foto blijkt de toen 16-jarige Janna te zijn, die in het voorjaar van 1944 moest werken voor de Duitsers.
De auteur is opgegroeid in Yerseke, maar vertrok voor haar studie film- en televisiewetenschappen naar Amsterdam. Door gesprekken met meerdere deskundigen en een aantal Zeeuwen die de oorlog hebben meegemaakt, kwam ze steeds meer te weten wat er tijdens de oorlog in Zeeland is gebeurd. “Ik ben veel meer te weten gekomen over de oorlog en hoe belangrijk Zeeland eigenlijk is geweest tijdens de oorlog. Ik kan nog steeds niet begrijpen dat ik daar niks over heb geleerd op school.”
Janna zit gevangen tussen twee vuren als haar vrienden vragen een ‘klusje op te knappen’. Kiest ze voor haar vrienden en gaat ze in het verzet of blijft ze werken voor de Duitsers die toch best aardig tegen haar zijn. De ontmoeting met de knappe Willem brengt een lichtpuntje in de ellende.
“Ik wil met mijn boek vertellen hoe het voelt om te leven in tijden van oorlog.” Het verhaal speelt zich af in een dorp dat veel lijkt op Westkapelle. “De gebeurtenissen op Walcheren waren mijn kapstop. Dat ik Westkapelle niet heb genoemd is omdat ik het verhaal breder wilde trekken.” Marlies heeft verschillende mensen gesproken die allemaal een eigen verhaal hebben. “Sommige details heb ik in het boek verwerkt, zoals het verhaal van een mevrouw die vertelde dat ze van de Nederlandse vlag blouses maakte.”
Janna komt uit een arm boeren gezin. Ze helpt veel in het huishouden en zorgt voor haar labiele moeder. Ze zou graag willen doorleren, maar daar is geen geld voor. Haar grote liefde Willem daarentegen komt uit Middelburg en heeft wel kunnen studeren. Blijft Janna voldoen aan de verwachtingen die haar ouders van haar hebben of kiest ze ervoor echt zichzelf te zijn?
Marlies’ opoe, Janna van Velzen, werd in 1909 geboren. Ze was de oudste dochter van arme ouders. “Het feit dat haar ouders arm waren maakte dat ze niet mocht ‘leren’, ook al was ze slim. Ik ging me steeds meer afvragen waar zij aan dacht. Was ze net als ik weleens verliefd? Had ze soms ruzie met haar beste vriendin? Met mijn vragen over het verschil tussen haar en mij is het idee voor dit verhaal ontstaan.” Het verhaal van Willems verzet is geïnspireerd op het verhaal van de Zeeuwse verzetstrijder Jaap Rus. De nu 92-jarige man vertelde hoe hij voor het verzet koos en als spion bij de Atlantikwall actief was. “Het groepje van Jaap Rus is al aardig uitgedund. Dat is ook de reden dat ik dit boek nu heb geschreven. Straks is er niemand meer om dit soort verhalen te vertellen.”
Jaap Rus kreeg 16 maart tijdens de boekpresentatie in het Bevrijdingsmuseum in Nieuwdorp het eerste boek overhandigd.
Tekst Marina Smits
Fotografie Mascha de Vries