Harry Hutjens is 63 jaar en is al sinds zijn vroege jeugd Citrofiel: gepassioneerd fan van het nu 100-jarige Franse gerenommeerde automerk. Ik maak een tijdreis met hem en hij laat me zijn juweeltjes zien…
Harry is juwelier en goudsmid en runt al decennia zijn edelsmederij in de Witte Paardstraat 3 in Goes. Hij groeide op in het Limburgse Heerlen en dat is nog goed te horen. “Op de Vakschool voor goud-
en zilversmeden, juwelier en uurwerktechniek had ik een goede vriend, Niek Clarijs uit Goes. Mijn vrouw Laura was hartsvriendin van zijn lief, vandaar dat ik in Goes terecht ben gekomen,” vertelt Harry me.
La Déèsse
Maar die andere liefde dan… Het begon klein, want het vonkje voor zijn autoliefde bestond uit een Dinky Toy modelletje van een Citroën DS dat Harry op jonge leeftijd kreeg. Al snel werd het ontluikend vuurtje aangewakkerd en mocht hij op 14-jarige meeliften met een DS Pallas, de meest luxe versie van het wereldwonder. Want dat was het!
De beeldhouwer en architect Flaminio Bertoni had al de Traction Avant (1934) en de 2CV (1947) op zijn naam staan. Hij creëerde begin jaren ’50 de DS, later de ID en de Ami 6. De DS 19 aanschouwde het levenslicht op de Parijse Autosalon in 1955. De hydropneumatiek op basis van olie en gas werd toegepast op het veersysteem, de stuur-en rembekrachtiging, de koppeling en op de schijfremmen. De
carrosserie had een luchtweerstandscoëfficiënt van 0,31, mede door haar gladde bodem, een unicum toentertijd. Het serienummer DS werd haar achternaam. Hoewel zij in Nederland de bijnaam snoek kreeg, is de Franse uitspraak la déèsse mijn absolute favoriet: de godin… Overwinningen in beroemde wedstrijden als de Rally van Monte Carlo, de Tulpenrally en Spa-Sofia-Luik zetten haar definitief op de automobiele kaart.
Heilig vuur
Als Harry vertelt en me meeneemt naar zijn verzameling, zie ik de ‘double chevron’ in zijn ogen. Dat logo van Citroën gaat terug naar 1900 als André Citroën het alleenrecht koopt van de productiemethode van tandwielen met een V-vormige vertanding. Met de aankoop van zijn eerste DS, een D Super 5 met een dubbele carburateur voor slechts Fl. 550,- was het heilige vuur niet meer te blussen. “Ik volgde een avondopleiding aan de Kunstacademie in Maastricht en werkte toen al bij een juwelier in Heerlen. In 1989 kocht ik in Maastricht de blauwe Break, een stationcar uit 1972, een Amerikaan. Dat kan je o.a. zien aan de andere neus, de losse koplampen, de clignoteurs, de side lights en de rode achterlichten, allemaal Amerikaanse eisen. De Break heeft airconditioning, was niet nodig om te restaureren en nét geïmporteerd uit de VS. Ik ben de eerste Nederlandse eigenaar. De Break is vandaag-de-dag zeldzamer dan een cabriolet, omdat het werkpaarden waren die vaak op het autokerkhof zijn beland.”
‘Als een koning te rijk ben ik met de witte cabrio door San Fransisco gereden.’
Chapron cabrio
“Tijdens mijn vakantie in Spanje in 1996 las ik in de Telegraaf een advertentie waarin een cabrio van de Parijse carrossier Chapron werd aangeboden,” gaat Harry enthousiast verder. “Zij stond in San Francisco en was van 1967. In die tijd waren die cabrio’s niet zo gewild, onbegrijpelijk nu… Een lang verhaal kort gemaakt: ik ben naar de VS gevlogen en heb haar gekocht. Als een koning te rijk ben ik met de witte cabrio door San Francisco gereden, waarna ze in een container naar Nederland is gebracht. In februari 1997 mocht ik haar op mijn naam zetten. Het koetswerk was keihard, had nieuwe leren bekleding, een nieuwe kap en was gebruikt als trouwauto. Restaureren was niet nodig, maar de hydrauliek moest wel vervangen worden, omdat men in de States verkeerde olie had toegepast.”
‘We organiseren elke eerste woensdagavond van de maand een technische avond bij mij in de werkplaats.’
SM
In 1968 nam Citroën een groot deel van de Maserati-aandelen over en twee jaar later stond het product van dit huwelijk op de Salon van Genève. Hij heette SM, naar alle waarschijnlijkheid betekende die letters Sa Majesté. De V6 met twee bovenliggende nokkenassen was een gekortwiekte V8 van de Maserati Indy. De SM is slechts 5 jaar geproduceerd, onder andere omdat de oliecrisis roet in het eten gooide. Harry: “Ik heb er drie, waarvan twee coupés uit 1972, een oorspronkelijk Franse versie en een uit de USA. De cabrio is uit 1971 en is omgebouwd door de Duitse carrosseriebouwer Norbert Waßmann, eigenlijk heel bijzonder!”
Citroën DS/ID club Nederland
Harry is al veertig jaar actief in de club: “Ik ben regiocommissaris van de afdeling Zeeland en we organiseren al vele jaren elke eerste woensdagavond van de maand een technische avond bij mij in de werkplaats. Er nemen zo’n twintigtal enthousiaste Citrofielen deel aan die bijeenkomst. De foto zegt genoeg…
Ik heb voorts al drie keer het landelijk DS evenement georganiseerd op Neeltje Jans en in 2020 wordt de 4e editie gehouden en er komen dan zo’n 400 à 500 deelnemers uit het hele land naar Zeeland. Het is gemakkelijk toegankelijk en men heeft daar een uniek uitzicht. Mijn beide DS-sen hebben een trekhaak, waardoor ik mijn cult-caravan, een BIOD Expert uit 1975 kan meenemen naar Citroënbijeenkomsten. Hij heeft net als de DS gunstige aerodynamische eigenschappen en past daardoor naadloos bij de auto’s.”
Met veel plezier heb ik Harry geïnterviewd en ik heb niet alleen genoten van zijn schitterende Citroëns, maar tevens ook van alle merkgerelateerde spullen, zoals trapauto’s, schilderijen, posters, uithangborden en miniaturen!
Tekst Rob Strating
Fotografie Harry Hutjens, Bart Wondergem & Rob Strating